Stortklaar beton

De certificatie wordt toegepast op beton dat valt onder het toepassingsgebied van de normen NBN EN 206 en NBN B 15-001. De certificatie van stortklaar beton omvat zowel de productie als de levering. Indien de betonproducent voor de levering van stortbeton beroep doet op een verhuurbedrijf dient deze laatste BENOR-gecertificeerd te zijn.

De bijzondere bepalingen met betrekking tot mengsels die aan andere specificaties voldoen, voorbeeld wegenbeton, hydraulisch gebonden mengsels, … maken het voorwerp uit van specifieke documenten.

Controles

Voor de BENOR-certificatie van stortbeton en de levering van stortbeton in onderaanneming treedt de afdeling stortbeton op als inspectie-instelling in opdracht van de certificatie-instelling BE-CERT.

In 2023 werd het nieuwe toepassingsreglement TRA 550 versie 5.0 en later ook versie 5.1 van toepassing gesteld. In deze nieuwe versies werden meer dan alleen het toepasbaar stellen van de normatieve evoluties in het BENOR-kader gewijzigd. Ook op vlak van de organisatie en de inhoud van de externe controle werden grondige wijzigingen aangebracht. De inhoud van het externe controleschema is functie geworden van de productiehoeveelheden van de betoncentrale. Er wordt meer gefocust op de controle van het geleverde product op de werf. Daartoe werden het aantal monsternames op de werf verhoogd terwijl de controletijd voor de meer administratieve processen zoals onder andere auditing werden gereduceerd. 
De controles werden opgesplitst in de audits van het productiecontrolesysteem welke nu om de 2 jaar per productie-eenheid plaatsvinden, de technische bezoeken voor het nazicht van de ITT, de technische bezoeken van de productie- en conformiteitscontrole en de technische monsternamebezoeken.

COPRO stond tijdens 2023 in voor de inspecties en audits bij 17 producenten. Bij deze producenten werden in totaal 68 technische bezoeken van de productie- en conformiteitscontrole, 139 technische monsternamebezoeken, 13 technische bezoeken voor het nazicht van de ITT en 6 audits van het productiecontrolesysteem uitgevoerd.
Tevens gebeurden 17 steekproefsgewijze beoordelingen van huurmixerchauffeurs en 13 steekproefsgewijze beoordelingen van huurmixers in het kader van de BENOR-certificatie van leveringen in onderaanneming.

Evolutie

Nieuwe versies TRA 550

De aanleiding voor de publicatie van het nieuwe toepassingsreglement TRA 550 was enerzijds het uitbrengen van een nieuwe uitgave van NBN EN 206 + NBN B15-001 en anderzijds de vraag van de producenten van stortklaar beton om bij de certificatie meer de nadruk te leggen op de kwaliteit van het gecertificeerde product dit onder andere door meer monsternemingen op de bouwplaats uit te voeren en het verminderen van de administratieve bepalingen. De structuur van het reglement bleef hierbij ongewijzigd. Het toepassingsreglement blijft bestaan uit 3 delen: deel C, deel E en deel P.
Alle certificaathouders dienden zich in de overgangsperiode die liep van 01/01/2023 tot 01/07/2023 in overeenstemming te brengen met de nieuwe reglementering. De producenten maakten hiertoe tijdens elk controlebezoek de stand van zaken betreffende hun overgang naar het nieuwe toepassingsreglement over aan de keuringsinstelling wat dan ook werd nagekeken.

Een van de grote en belangrijkste wijzigingen in het nieuwe reglement was dat er op de vrachtwagens geen rechtstreekse leiding meer aanwezig mag zijn tussen het watervat en de ingang van de mixerkuip. Er wordt slechts voldaan aan deze bepaling wanneer minstens een deel van de rechtstreekse leiding wordt verwijderd. Het onderbreken van de rechtstreekse leiding op slechts 1 plaats is niet toegelaten.
Gedurende de hele duur van de BENOR-levering dient de leiding fysiek onderbroken te worden door het weghalen van een deel van de leiding. Wanneer de rechtstreekse leiding noodzakelijk is voor het transport en de levering van andere producten dan BENOR-beton conform TRA550 kan dit uitgevoerd worden door het verwijderde stuk van de leiding terug te plaatsen. Dit mits de voorwaarde dat er een chauffeursinstructie aanwezig is die vermeld dat gedurende de hele duur van de BENOR-levering de rechtstreekse leiding fysiek onderbroken dient te worden door het weghalen van een deel van de leiding en dat de betonproducent alle interne chauffeurs opleidt voor het toepassen van deze instructie. De betonproducent is verantwoordelijk voor de correcte toepassing van de instructie voor zijn interne betonmixerchauffeurs. Dezelfde eisen gelden voor de verhuurbedrijven maar hier is het verhuurbedrijf verantwoordelijk voor hun chauffeurs en de correcte toepassing van de door hen opgestelde instructie. Bij het vaststellen van inbreuken hiertegen worden strenge sancties opgelegd aan de betonproducent of het verhuurbedrijf.

Een andere aanpassing in het nieuwe reglement is dat er nu expliciet opgenomen werd op welke wijze alternatieve bindmiddelen en inerte materialen kunnen toegepast worden in BENOR-beton door toepassing van het concept van gelijkwaardige prestaties van beton. De bewijsvoering hiervan dient te gebeuren volgens de methodologie opgenomen in Belgische normen.

Gezien beton ook regelmatig onderhevig is aan wijzigingen qua grondstoffen werden ook regels opgenomen om, rekening houdend met de aard van de wijziging, op een eenvoudige manier een hervalidatie van de betonrecepten te kunnen uitvoeren. Dit zodat de leveringen op korte termijn onder het BENOR-merk kunnen verdergezet worden.

Coördinatievergaderingen

Gelijke interpretatie van de reglementen

Voor de BENOR-certificatie van stortbeton en de BENOR-certificatie voor de levering in onderaanneming treden verschillende inspectieorganismen op. Vanzelfsprekend dienen alle inspecteurs de centrales, mixerchauffeurs en mixers op een objectieve en op een gelijke manier te controleren. Om dit op elkaar af te stemmen worden coördinatievergaderingen georganiseerd met de certificatie-instelling (BE-CERT), COPRO en de andere inspectieorganismen. Deze vergaderingen hebben als doel om de interpretatie van het reglement te bespreken en eventuele discussiepunten binnen het reglement uit te klaren.